In het Vlaams parlement was er onlangs wat commotie over de nieuwe Vlaamse renovatiepremie of beter over het ontbreken van een nieuwe bijkomende overgangsperiode.
Om het probleem te begrijpen geven we een korte voorgeschiedenis.
Hoe zat dat ook al weer met die renovatiepremie? Een korte tijdslijn:
- Oktober 2014: de Vlaamse regering kondigt aan dat de renovatiepremie afgeschaft zal worden vanaf 1 november 2014 en vervangen zal worden door een belastingvermindering. Er wordt een overgangsperiode aangekondigd. Het doel van de hervorming is geen besparing (iedereen zal uiteindelijk hetzelfde bedrag als in de oude regeling kunnen ontvangen) maar wel een fiscale optimalisatie vanuit het standpunt van de Vlaamse regering. Waar vroeger de renovatiepremie in 1 keer uitbetaald werd (want slechts 1 aanvraag) wil men die uitgave spreiden in de tijd (vandaar een systeem van 2 aanvragen).
- November 2014: de overgangsregeling wordt verduidelijkt
- Wie toen beschikte over de nodige facturen om de renovatiepremie aan te vragen: alle voor 1 december 2014 ingediende aanvragen werden nog afgehandeld en uitbetaald volgens het oude premiesysteem.
- Wie niet beschikte over de nodige facturen maar wel beschikte over aannemingscontracten en/of bestellingen afgesloten vóór 4 november 2014 (datum waarop de overgangsmaatregel in het Belgisch Staatsblad verscheen) kon gebruik maken van een speciaal formulier om die aannemingscontracten en/of bestellingen toe te voegen aan zijn aanvraag; daarna had je nog tot 28 februari 2015 de tijd om de overeenkomstige facturen in te dienen. Bij aanvaarding van die facturen werd je aanvraag eveneens uitbetaald volgens het oude premiesysteem.
Wat is de huidige stand van zaken
De renovatiepremie blijft uiteindelijk toch een premie i.p.v. een belastingvermindering. Het gaat immers om een steunmaatregel die vooral bedoeld is om Vlamingen met een bescheiden inkomen en dus met een beperkte ruimte voor belastingaftrek. Het gebruik van een systeem van belastingkrediet bij te laag inkomen bleek voor problemen te zullen zorgen in het kader van Europese regelgeving. Om te vermijden dat net de laagste inkomens uit de boot zouden vallen, werd er besloten om te blijven bij een premiestelsel. Het bedrag voor de premie bleef wel behouden maar aan de modaliteiten werd stevig gesleuteld. Je mag zeker je kalender en renovatieplanning niet uit het oog verliezen of je zal flink wat steun mislopen.
Tumult in het Vlaams halfrond
De oppositie is niet te spreken over de gang van zaken. Op vraag van enkele parlementsleden of opgespaarde renovatiefacturen uit 2013 en 2014 nog konden rekenen op een nieuwe overgangsperiode, antwoordde minister Homans negatief. Er was immers al een overgangsperiode geweest en die was duidelijk gecommuniceerd. Dat klopt inderdaad maar de overgangsperiode zoals doorgevoerd blijft een complex gegeven. Waarom? Uiteindelijk had de verbouwer zich eind 2014 de vraag moeten stellen: “Heb ik nu al het gros van de facturen van mijn verbouwing en dien ik volgens het oude systeem een aanvraag in of wacht ik beter tot de nieuwe regeling?” of zoals we het in ons artikel van toen suggereerden:
“Ben je aan het verbouwen en wil je toch nog van de oude regeling genieten dan kan je nog voor 1 november snel je facturen (tot 3 jaar terug) indienen. Dit is zeker niet altijd aan te raden want voor eenzelfde woning of bewoner kan in een periode van 10 jaar slechts eenmaal een renovatiepremie worden toegekend. Als je dus nog niet ver gevorderd bent met je verbouwing dan loont het zeker om te wachten op de nieuwe regeling.”
Pro en contra van het nieuwe systeem
Belangrijk om op te merken is dat in het nieuwe systeem facturen maar tot 2 jaar terug i.p.v. zoals vroeger tot 3 jaar terug ingebracht kunnen worden. Dat betekent inderdaad dat het merendeel van de facturen uit 2013 niet meer in aanmerking zullen komen.
Positief aan het nieuwe voorstel is wel dat de nieuwe renovatiepremie in 2 keren uitbetaald wordt. Wie goed plant prefinanciert de eerste keer dus werken ten bedrage van 5000 EUR, ontvangt het eerste deel van de renovatiepremie en prefinanciert dan opnieuw het tweede deel van de werken met dezelfde 5000 EUR. In het vorige systeem had je een buffer van 10,000 EUR nodig om je werken te prefinancieren en om ten volle te genieten van de renovatiepremie. Minister Homans merkte op dat in het vorige systeem de uitbetaalde renovatiepremie gemiddeld slechts 5600 EUR bedroeg en hoopt dat een gefaseerde aanpak zal leiden tot een stijging van het gemiddelde van de uitbetaalde renovatiepremies .
De oppositie hekelde voorts het feit dat de nieuwe regeling er vermoedelijk niet zal komen vanaf 1 november 2015. Minister Homans wacht immers nog op een advies van de Raad van State. Volgens diezelfde oppositie is dat de schuld van de minister zelf omdat ze initieel een advies van de Woonraad naast zich neerlegde en daardoor kostbare tijd verloor. Het kabinet van minister Homans pareert die kritiek door te suggereren dat in dergelijk geval de premie retroactief toegepast zal kunnen worden.