Elektronische aanwezigheidsregistratie verplicht op grote werven vanaf 1 april 2014

aanwezigheidsregistratie

 

verplichte aanwezigheidsregistratie op grote werven vanaf 1 april 2014

Vanaf 1 april 2014 treedt de verplichte aanwezigheidsregistratie van personen werkzaam op “grote” werven in werking. Concreet is de aanwezigheidsregistratie vooraf en dagelijks verplicht:

  • voor iedere persoon die op de werf “actief aan de werf” werkt
  • voor werven waarvan het totale bedrag van de werken ten minste 800.000 EUR excl. BTW bedraagt.
Het doel van de aanwezigheidsregistratie is  tweeërlei. De registratie moet bij een ongeval of in gevaarlijke situaties, zoals wanneer er asbest is op de werkplaats, duidelijk maken wie aanwezig is.

Daarnaast is de aanwezigheidsregistratie natuurlijk ook een belangrijk wapen in de strijd tegen oneerlijke concurrentie. Door precies vast te leggen wie in welke hoedanigheid op welke werf aanwezig is, wordt sociale fraude aan bemoeilijkt.

Wat wordt er geregistreerd?

Bij een registratie worden volgende gegevens elektronisch doorgegeven aan de overheid: de werkgever (het ondernemingsnummer van de onderneming waarvoor de werknemer of de zelfstandige prestaties levert), de werknemer (het rijksregisternummer of, voor buitenlandse werknemers of zelfstandigen, het nummer van het L1 Limosa ontvangstbewijs), de werkplaats (het identificatienummer van de werfmelding ) en het tijdstip.

De verantwoordelijkheid voor die registratie ligt zowel bij de persoon die iemand uitstuurt om te werken (werkgever, aannemer), als bij de persoon die het werk doet (werknemer, zelfstandige). Beide partijen moeten elkaar eraan herinneren dat er geregistreerd moet worden. Ze spreken onderling en vooraf af wie de registratie doet.

Hoe registreren?

De overheid stelt voor de aanwezigheidsregistratie een nieuwe elektronische dienst ter beschikking, Checkinatwork, die zowel van op PC als via een mobiele app bereikbaar is. Omdat Checkinatwork verschillende overheidsdatabanken in realtime raadpleegt  zou registratie snel en eenvoudig moeten zijn. Immers, werknemersgegevens worden opgehaald uit het “Personeelsbestand” of “Limosa”, werknummer en adres komen uit de “Aangifte van werken” en werkdagen komen uit de “Dimona-aangifte”.

De overheid laat heel wat vrijheid in de manier van registreren. Zo kan er ook gekozen worden voor registratie op afstand: indien zo overeengekomen kan een aannemer bijvoorbeeld op voorhand de aanwezigheid van zijn werknemers registreren. Er dient natuurlijk te allen tijde voor gezorgd te worden dat de aanwezigheid geregistreerd wordt vóór de persoon in kwestie begint te werken op de werf.

Gebruikt u nu reeds een registratie-, plannings - of track-and-tracesysteem en heeft de softwareleverancier van die software een “link” toegevoegd naar de diensten van de Checkinatwork dienst, dan is het zelfs mogelijk dat uw huidige systeem de aanwezigheidsregistratie op zich neemt. Informeer u dan wel goed bij uw softwareleverancier of zij de nodige koppelingen naar de Checkinatwork webservice voorzien hebben.

Sancties

Wie de aanwezigheidsregistratie niet respecteert mag zich aan sancties verwachten. Sancties kunnen hierbij opgelegd worden aan:

  1. zowel  diegene die iemand uitstuurt om te werken (werkgever, aannemer),
  2. als de persoon die het werk doet.
In het eerste geval  kan het gaan om een strafboete, incl. opdeciemen, van 600 tot 6.000 EUR of een administratieve geldboete van 300 tot 3.000 EUR, te vermenigvuldigen met het aantal betrokken personen. In het tweede geval is een administratieve geldboete, incl. opdeciemen, van 60 tot 6.000 EUR mogelijk.

De overheid beseft dat dit nieuwe systeem voor alle partijen een aanpassing vergt en in een eerste fase zullen er dan ook niet gesanctioneerd worden. Dat zal pas gebeuren vanaf 1 oktober 2014.

 

 

­

2-wekelijkse nieuwsbrief

Blijf online én gratis op de hoogte van de nieuwste bouwproducten, economisch nieuws uit de bouw, de actuele bouwwetgeving, premies, projecten,....